Hoe stimuleer je effectief de literaire ontwikkeling van leerlingen?
De rol van de leraar
Net zoals binnen elke ander vak is de kwaliteit van het literatuuronderwijs sterk afhankelijk van de professionaliteit van de leraar. De leraar heeft overzicht over de doorgaande leerlijn, geeft vorm aan de onderdelen uit het programma en werkt samen met collega’s van het vak Nederlands en andere vakken. Het geven van literatuuronderwijs vraagt om belezen leraren met een breed didactisch repertoire, die kennis hebben van actuele en primaire werken en die enthousiasme voor lezen uitstralen. Ze zijn zich ervan bewust een rolmodel te zijn en weten een brug te slaan tussen de literatuurles op school en het spontane en betrokken lezen dat leerlingen in de vrije tijd doen.

De Britse auteur en leesbevorderaar Aidan Chambers zet in zijn boek Leespraat (2013) onder andere de leraar centraal als helpende volwassene met een belangrijke rol in de leesbevordering. Leraren zorgen voor een breed boekenaanbod, stellen lezen centraal en creëren tijdens de les gelegenheid om van gedachten te wisselen over de gelezen boeken.
Sterke leescultuur
Literatuuronderwijs is gebaat bij een sterke leescultuur op school. Een school die enthousiasme uitstraalt en kenbaar maakt dat lezen ertoe doet, zet meteen de toon. In zo’n school vind je een ruim en divers boekenaanbod en maakt het hele lerarenteam lezen zichtbaar in het schoolgebouw. Zo’n school organiseert leesevenementen en auteursbezoeken en betrekt ouders/verzorgers bij het leesonderwijs. Er is een heldere visie op lees- en literatuuronderwijs, die bij voorkeur samenhangt met kunst- en cultuureducatie. Idealiter is de verantwoordelijkheid voor een sterke leescultuur belegd bij een werkgroep of team, waarin de schoolleider, leraren van verschillende vaksecties, de taal- en leescoördinator en de mediathecaris vertegenwoordigd zijn.
Kennis, vaardigheden en attitude
Bij het ontwikkelen van de literaire competentie van leerlingen draait het niet uitsluitend om het doeltreffend overbrengen van kennis en vaardigheden, maar ook om de vorming van een positieve leesattitude. Motivatie, interesse van leerlingen voor literatuur, zich hiervoor openstellen en er waardering voor hebben, zijn allemaal essentiële ingrediënten om te kunnen werken aan literaire ontwikkeling, en in het verlengde daarvan aan persoonsvorming.
Literatuuronderwijs gaat in eerste instantie om het leren lezen van verhalende en lyrische teksten. Het zijn aanleidingen om er dieper over na te denken en er met elkaar over in gesprek te gaan. Dat doet recht aan de meerstemmigheid en gelaagdheid van literaire werken zelf, en aan de beleving, analyse en interpretatie van de lezer. Op het juiste niveau gesprekken kunnen voeren vereist kennis en toepassing van literaire begrippen. Om leesroutines op te bouwen is het regelmatig lezen van langere teksten belangrijk: zo vergroten leerlingen hun concentratie en verdiepen ze hun leeservaring.
Een leerlinggerichte aanpak
Uit onderzoek weten we dat een leerlinggerichte benadering van het literatuuronderwijs positief uitpakt voor leesplezier en leesgedrag, en literaire competentie.
Leerlinggericht literatuuronderwijs houdt rekening met de behoeften, interesses en leesvaardigheden van individuele leerlingen en vergroot daarmee hun betrokkenheid. Leerlinggericht literatuuronderwijs kenmerkt zich onder meer door:
- Keuzevrijheid en leesplezier
Leerlingen krijgen de mogelijkheid om zelf boeken te kiezen, passend bij hun eigen voorkeuren, leesbehoeftes en leesniveaus. - Beleving en identificatie
Er is aandacht voor de manier waarop leerlingen zich kunnen inleven in personages en gebeurtenissen in boeken. - Reflectie en zelfexpressie:
Leerlingen worden aangemoedigd om na te denken over wat ze lezen en hoe het aansluit bij hun eigen leven of juist niet. Inzicht krijgen in een andere wereld zet sterk aan tot reflectie. - Interactie en dialoog:
Literatuuronderwijs stimuleert de dialoog tussen leerlingen, leraar en tekst.
Aangezien literatuuronderwijs bedoeld is om leerlingen literair competenter te maken heeft leerlinggericht literatuuronderwijs nadrukkelijk ook het doel leerlingen via literatuur nieuwe grenzen te laten verkennen. Een bredere kijk op de wereld, op andere culturen, gewoontes en mensen met een andere ideeënwereld dragen bij aan het inlevingsvermogen en de persoonsvorming van leerlingen.
Aandacht voor poëzie
Bij stimulerend literatuuronderwijs mag aandacht voor poëzie niet ontbreken. Hier is een leerlinggerichte aanpak ook nuttig. Vaak heeft poëzie het imago moeilijk te zijn, niet alleen bij leerlingen maar ook bij leraren. Meer nog dan verhalende teksten doen gedichten een beroep op zowel cognitieve als affectieve vermogens van de lezer.
Een goed begin voor aantrekkelijk poëzieonderwijs is het kiezen van gedichten waar je zelf iets mee hebt en waarvan je kunt inschatten dat ze leerlingen zullen enthousiasmeren. Er zijn talloze toegankelijke gedichten. Hedendaagse poëzie bijvoorbeeld sluit aan bij de wereld waarin leerlingen opgroeien. Ook oudere poëzie kan heel geschikt zijn voor boeiende poëzielessen, bijvoorbeeld Lockdownlezen (iii): gedichten en hoe ze (niet) te begrijpen op klassiekersindeklas.nl. Het voordeel van poëzie is dat ze diverse uitingsvormen kent, bijvoorbeeld op papier, op Instagram, als spoken word, als songtekst of als muurgedicht, in combinatie met een beeld. Dat maakt gedichten laagdrempeliger. Vanwege de rijke interpretatiemogelijkheden is poëzie als literaire vorm bij uitstek geschikt voor interactie en samen nadenken over mogelijke betekenissen. Daarnaast liggen er combinaties voor de hand met creatief schrijven en het voordragen van poëzie.
Thematisch literatuuronderwijs
Thematisch literatuuronderwijs benadert literatuur vanuit brede thema’s. Daarbij selecteer je teksten die aansluiten bij een maatschappelijk, filosofisch, historisch of psychologisch thema, zoals klimaat, vervreemding, oorlog, vrijheid, liefde of identiteit. Met deze benadering van literatuuronderwijs kun je de interesses van leerlingen aanspreken. Ze lezen boeken rond een bepaald thema, wat zorgt voor verdieping en verbreding. Bovendien biedt het de mogelijkheid om de variatie van auteurs, schrijfstijlen en tijdperken te vergelijken. Een thematische aanpak biedt ook goede mogelijkheden voor onderwijs in literatuurgeschiedenis.
Literatuur en historische context
Het lezen van verschillende soorten teksten van nu en vroeger vergroot en verduidelijkt de blik op de wereld en draagt bij aan het kritisch denkvermogen van leerlingen. Dat levert inzichten op in de waarden, normen en maatschappelijke ideeën van diverse tijden en culturen. De verbinding van eigentijdse thema’s met historische contexten helpt leerlingen inzien dat wat in het verleden is gebeurd, bepalend kan zijn voor het heden. Ook ontdekken ze dat mensen vroeger soms heel anders dachten over dingen die we nu normaal vinden, of juist dat bepaalde gebeurtenissen en gevoelens van alle tijden zijn. In de eindtermen mag literatuurgeschiedenis dan alleen zijn ondergebracht bij havo en vwo, een historische benadering van literatuur is voor alle leerlingen van belang van onder- tot bovenbouw en van vmbo tot vwo.